De behandeling: geleidelijke opbouw
De elementen, die in de zool verwerkt worden, worden meestal gemaakt van kurk.
Kurk heeft een hardheid die optimaal is voor de reflexwerking. Echter indien gewenst of noodzakelijk kan er ook gebruik gemaakt worden van zachtere materialen. Wanneer u de zolen gaat dragen, heeft uw lichaam enige tijd nodig om zich aan te passen aan de nieuwe houding die door het dragen van de zolen wordt bewerkstelligd. Dit kan zich de eerste paar weken uiten in spierpijnen. De verschillende spierketens worden immers anders aangespannen. De spierpijn verdwijnt vanzelf binnen die paar weken. Overigens heeft niet iedereen hier last van.

Om een te grote overgang te voorkomen, werkt de podoposturaal therapeut met een opbouwsysteem. Een te grote overgang zou naast spierpijnen ook kunnen leiden tot nieuwe klachten.

Hierdoor zijn dus wel tussencontroles noodzakelijk:

1. enkele weken na het eerste onderzoek
2. daarna met tussenpozen van enkele weken tot maanden
3. vervolgens eenmaal per half jaar of eenmaal per jaar

Bij deze controles wordt de houding weer volledig geïnspecteerd en geanalyseerd, waardoor eventueel noodzakelijke correcties kunnen worden aangebracht.

Ook kan het voorkomen dat het lichaam door deze therapie zodanig van houding is veranderd dat de therapeutische zolen op een gegeven moment niet meer nodig zijn! Mochten zich tussentijds klachten voordoen, kunt u gerust contact met ons opnemen.

Omdat ik naast registerpodoloog ook podoposturaaltherapeut ben, gaat dit verhaal niet op voor mij en is er dus sprake van overlap. Afhankelijk van het klachtenpatroon en de anamnese, kan ik de beste insteek kiezen.

Geen steunzolen, maar therapeutische correctiezolen!
In principe maakt de podoposturaal therapeut, in tegenstelling tot podologen en podotherapeuten geen steunzolen, maar therapeutische zolen. Samenvattend zijn de verschillen:

De voettypen: holvoet, platvoet en normale voet
Er is een relatie tussen de verschillende voettypen en de houding van de rug.

	De normale voet Deze voet heeft een houding volgens het boekje. Dit betekent niet per definitie dat iemand met deze houding en voettype te allen tijde klachtenvrij is. Een kleine afwijkende asymmetrie in de houding is normaal.
	De holvoet Kenmerken van een holvoet zijn de klauwtenen, overgevoelige voetzolen, verhoogde spierspanningen. Door de veelal te holle rug of naar voren geschoven nek kunnen  nek-, lage rug- en voorvoetspijnen ontstaan. Deze klachten nemen toe in rustsituaties (zoals bij staan, liggen en zitten) en nemen af bij bewegen.
	De platvoet De platvoet is een soepele voet met slappe spieren. De houding die erbij hoort is een achteroverhangende, “slappe” houding. Hierdoor kunnen knie-, lage rug-, schedelhoofdpijnen en vermoeidheidsklachten ontstaan. Dit zijn meestal doffe pijnen, die toenemen bij bewegen en in rust verminderen.

Eventueel kan men met fysiotherapie, Mensendieck en Caesar de spieren trainen en de houding verbeteren.

1. er kan een verband bestaan tussen scoliose en klachten elders in het lichaam
2. spieren worden moe, waardoor een kind weer snel zou vervallen in het slechte, doorgezakte houdingspatroon. Podoposturaal therapie werkt continu via reflexen. De therapeutische zooltjes geven een reflexmatige correctie van de houding.
3. het komt voor dat ook de houding in zit verbetert wanneer kinderen de zooltjes al een tijdje dragen
   

Podoposturaal therapie bij sporters!
Tijdens sportactiviteiten worden de voeten vaak zwaarder belast. Zodoende zal een verkeerde voetafwikkeling of voetbelasting klachten elders in het lichaam kunnen veroorzaken of de reeds aanwezige klachten verhevigen. Vanwege de asymmetrie die er bij iedereen in meer of mindere mate aanwezig is, is er tevens sprake van een niet optimale spierspanningsverdeling tussen linker en rechter lichaamshelft.
Door het streven naar verminderde asymmetrie kan podoposturaal therapie een verbeterde sportprestatie opleveren.  De onnodige extra spierspanning wordt hierdoor zo veel mogelijk genivelleerd.



Schoenadviezen

• het meest effectief is het dagelijks consequent dragen van de zolen gedurende de gehele dag, ook bij het sporten
• draag schoenen met een vlakke ondergrond, dus geen ingebouwde steunen of voetbedden
• bij intensief en regelmatig sporten is een speciale sportzool aan te bevelen i.v.m. schokdempende en of meer drukontlastende werking
• schoenen met een hakverhoging van meer dan 4 cm zijn ongeschikt voor therapeutische correctiezolen. De gewenste reflexwerking wordt dan niet meer behaald
• kinderschoenen hebben vaak te harde onderzolen. Laat uw kind zelf testen of hij of zij de zool kan ombuigen. Zo niet, dan is die schoen niet geschikt voor uw kind!